Het titelblad van het missaal van ’t Woudt In de Staatsbibliotheek van Bamberg in Noord-Beieren wordt het missaal van de parochie van ’t Woudt bewaard. Op het titelblad staat in handschrift vermeld: ‘Liber ecclesie parochialis in Wouda comparavit xlv st. anno domini xvc en xlj a pastore M. Bokeldo Cornelij’. (Dit boek van de parochiekerk in ’t Woudt werd in het jaar des heren 1541 voor 45 stuivers gekocht door pastoor Magister Boekel Cornelisz.). Boekel of Beukel Cornelisz. leidde van 1531 tot 1558 de parochie ’t Woudt. Hij was een van de laatste pastoors voor de Reformatie. Het missaal is in opdracht van het bisdom Utrecht in 1540 in Antwerpen gedrukt bij Henricus Petri van Middelburgensis. De vondst van dit laat-middeleeuwse boek is heel bijzonder. Wat is een missaal? Een missaal is een liturgisch boek dat door een priester wordt gebruikt bij het opdragen van de eucharistie, het belangrijkste sacrament van de katholieke kerk. Het boek opent met de kalender, gevolgd door misformulieren en de vaste teksten van de mis, zoals de Canon, en de rubrieken die aangeven hoe de teksten gebruikt moeten worden en hoe de ceremoniële handelingen moeten plaatsvinden. | Het missaal volgt de orde van het kerkelijk jaar, die gebaseerd is op twee gelijkwaardige cycli van diensten. De eerste cyclus wordt gevormd door het Temporale of Tijdeigen, dat alle weken van het jaar omvat en dat de zondagen en feesten volgt die het leven van Christus herdenken (vanaf de eerste zondag in de advent tot en met de zondagen na Pinksteren). De tweede cyclus is het Sanctorale, of het Eigen der Heiligen, waarin de teksten voor de feesten van de heiligen staan geschreven (beginnend op 30 november met het feest van de heilige Andreas). Vervolgens komt het Commune sanctorum of Gemeenschappelijke der Heiligen, dat misformulieren bevat voor de feesten van de heiligen die geen eigen teksten hebben. Het vaste gedeelte van een missaal bestaat uit een aantal onderdelen zoals de Ordo missae, met onder andere het canongebed, maar ook met gebeden die de priester ter eigen voorbereiding spreekt en met gezangen als het Kyrie en het Gloria, die voorzien zijn van een muzieknotatie. | | Titelblad Verreweg de fraaiste bladzijde van het boek is het titelblad, dat in het midden het drukkersvignet bevat. De afbeelding toont Karel V, gezeten op een paard. Hij was van 1515-1555 onder andere heer van de Nederlanden. Bovenaan in het midden is Christus geboorte weergegeven; links ervan staat St. Petrus (met de sleutel) en rechts St. Paulus (met het zwaard). Daaronder zijn twee aan twee de vier evangelisten schrijvend afgebeeld, zittend voor een tafel of lezenaar. Ze zijn herkenbaar aan hun symbolen. Links boven zit Mattheus, die vergezeld wordt door de Mens; daaronder zit Marcus met de Leeuw; rechts boven is Johannes te zien met de Adelaar en daaronder zit Lucas met de Stier. Deze vier wezens zijn afbeeldingen van de werking van Christus. De Leeuw beduidt het sterke, vorstelijke en koninklijke, dat Hem eigen is; de Stier wijst op Zijn priesterdom en op Zijn offer; de Mens herinnert aan Zijn mensheid en de Adelaar in de vlucht aan de genade van de op de Kerk neerdalende Geest. | De afbeeldingen van de evangelisten worden van elkaar gescheiden door een wapen. Het linker wapen verwijst vermoedelijk naar Antwerpen, de stad waar het missaal werd gedrukt. Het wapen toont een burcht en wordt door twee leeuwen gedragen. De leeuw symboliseert niet alleen de macht van de stad, maar verwijst ook naar de Nederlanden. Het rechter wapen is het wapen van Karel V. Centraal staat het Habsburgse Rijkswapen, de dubbelkoppige adelaar. Dit wapen wordt geflankeerd door de zuilen van Hercules. Zij symboliseren de twee hoge rotsen, Abila in Afrika en Colpe in Spanje met tussenin de Straat van Gibraltar. Lange tijd vormden deze elementen de grens van de toen gekende wereld. Karel V voegde daaraan zijn devies Plus Oultre (Nog verder) aan toe, dat hier op een banderol is geschreven. Het devies is een verwijzing naar de ontdekkingen van de Nieuwe Wereld. Karel V, die in 1500 in Gent werd geboren, was in zijn tijd de belangrijkste vorst in Europa. Naast heer van de Nederlanden was hij ook koning van Spanje (sinds 1516) en keizer van het Duitse Rijk (sinds 1519). De afbeelding onderaan het titelblad van het missaal laat een viertal naaktfiguurtjes zien, omringd door allerlei decoratieve elementen en met in het midden opnieuw het Habsburgse Rijkswapen. Tekst Jacques Moerman | |