De Westlandsche Stoomtramweg-Maatschappij |
De Westlandsche Stoomtramweg-MaatschappijAan het einde van de 19e en het begin van de 20ste eeuw kwam er een snelle verandering in het goederen- en personenvervoer in onze regio. Lange tijd waren het vooral de waterwegen waarover vervoer plaatsvond met de (zeilende) Westlanders en de trekschuit. Na de oprichting van de Westlandsche Stoomtramweg-Maatschappij in 1881 werd voortvarend gewerkt aan de invoering van een stoomtramweg netwerk in het gebied gelegen tussen Den Haag, Hoek van Holland, Maassluis en Delft. Heel lang duurde de stoomtram periode overigens niet. Al snel kwam de autobus die het personenvervoer overnam en werd het goederenvervoer grotendeels door vrachtauto's overgenomen. Een deel van het traject is nu in gebruik als fietspad. Op deze pagina een kort overzicht van de historie van deze lokale spoorwegperiode. In 1880werd de Algemeene Stoomtramweg-Maatschappij (ASM) opgericht met als doel een stoomtramweg aan te leggen in het Westland. Het voorbeeld was een 34 km lange smalspoorlijn in het Broeltal in Westfalen die beschreven was in het tijdschrift 'Eigen Haard' in 1878. De heer C.G. v.d. Meulen uit Amsterdam vroeg een vergunning aan bij de minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid voor de aanleg van de lokaalspoorweg. Een aandelenkapitaal van f. 400.00,00 werd uitgezet.
Maar onenigheid over financiering tussen aandeelhouders en directie zorgde ervoor dat deze maatschappij al in 1881 strandde. In datzelfde jaar werd een doorstart gemaakt met de Westlandsche Stoomtramweg-Maatschappij (WSM) en werd voortvarend aan het tramnetwerk gebouwd. Het netwerk begon in Den Haag, waar in 1882 het eerste deel werd aangelegd naar Loosduinen. Hierna werd de tramlijn in 1883 verlengd naar Poeldijk en van hier via Monster naar 's Gravenzande en via Honselersdijk naar Naaldwijk. Hoek van Holland werd bereikbaar in 1905. Westerlee, De Lier en de Maaslandsedam in 1907. Het traject Maassluis, Maasland, via de Maaslandsedam naar Schipluiden, Den Hoorn en Delft werd pas op 1 oktober 1912 in gebruik genomen. Onteigeningsprocedures en technische problemen kostten hier veel tijd. De Vlaardingsevaart was een flink obstakel dat genomen moest worden met de bouw van de Trambrug.
Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog kwam er snel een keerpunt. Veel legermaterieel kwam toen beschikbaar en ook de autofabriek Ford kwam met zijn model T op de Nederlandse markt. Bovendien waren de autobussen aanmerkelijk sneller en reden zij van dorpskern naar dorpskern, terwijl de trams vaak 'ver' buiten de dorpskernen hun station hadden (WSM werd wel gekscherend met ' Wij Sukkelen Maar' betiteld). Om de concurrentie het hoofd te bieden begon de WSM in 1923 ook met autobusdiensten. In 1925 werden de eerste stoomtram lijndiensten voor personenvervoer al opgeheven. Gedurende de Tweede Wereldoorlog, tussen 1942-1943, was er nog een korte opleving van het personenvervoer met de WSM tram. Maar, daarna was het voorgoed gebeurd. De Westlandse tuinbouw en de WSM hebben aan elkaar een goede partner gehad. Pastoor Verburgh te Poeldijk (ca. 1617-1708) was een stuwende kracht in de tuinbouw, en vooral van de druiventeelt. De grote bloeiperiode kwam pas toen in het begin van de 20ste eeuw veilingverenigingen werden opgericht en de veilingen werden verbonden met het WSM netwerk. De WSM zorgde ervoor dat producten naar de klanten werden vervoerd en kolen werden aangevoerd voor de verwarming van de kassen. Het veilingtransport ging door tot op 1 februari 1970, toen het laatste traject, Den Hoorn - station Delft, werd opgeheven. In het landschap van Westland en Midden-Delfland is nog een klein aantal herinneringen aan de WSM periode zichtbaar. Een aantal oude trajecten wordt nu gebruikt als fietspad en een aantal stationsgebouwen is nog aanwezig. Het tramstation van Schipluiden is hier een mooi voorbeeld van. Hier is nu museum Het Tramstation gevestigd. Tot september 2006 is hier de tentoonstelling 'Een halte in de tijd' te bezoeken, waar de stoomtramperiode van de WSM centraal staat.
Chronologisch WSM overzicht1878 (4 okt): C.G. v.d. Meulen uit Amsterdam vraagt bij de minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid een vergunning aan voor de aanleg van een lokaalspoorweg i n het Westland: station Rijswijk van de H.IJ.S.M. via Poeldijk en Monster naar 's Gravenzande. 1879: Aanvraag vergunning trajecten: Den Haag (Loosduinsebrug), Loosduinen, Naaldwijk en Loosduinen - 's Gravenzande. Op 19 augustus werd vergunning verleend voor de lijn vanaf Rijswijk.
1880 (30 juli): Verschijning prospectus voor de inschrijving van aandelen. Op 10 augustus werd de Algemeene Stoomtramweg-Maatschappij (ASM) opgericht met als directeur C.G. v.d. Meulen. 1881 (maart): Na onenigheid bij de aandeelhouders met de ASM directie over de financiering werd een ontbindingsvergadering gehouden en hield de ASM op te bestaan. 1881 (30 juli): Oprichting van de Westlandsche Stoomtramweg-Maatschappij (WSM), directeur en concessiehouder: van der Meulen. De ASM vergunningen gingen over naar de WSM.
1882 (1 maart): Aanbesteding traject Den Haag (Lijnbaan) - Loosduinen, en gegund aan J. Polman en M v.d. Hoven. Op 12 juni was de proefrit en op 24 juni werd de dienst voor publiek geopend. Exploitatie door de H.IJ.S.M. 1885 (13 april): Onenigheden met de WSM over de exploitatie zorgden ervoor dat de H.IJ.S.M. ontslagen werd van de exploitatie. 1882-1888: Aanleg trajecten Den Haag - Loosduinen, Loosduinen - Poeldijk - Naaldwijk, Poeldijk - 's Gravenzande en de Zomerlijn Loosduinen - Kijkduin. 1889: Nieuwe directeur wordt jhr. ir. H.G. Verspijck. 1904: Aanleg nieuw emplacement in Loosduinen. 1905 (juli): Doortrekking 's Gravenzande - Hoek van Holland gereed. Er werd een begin gemaakt met de lijn Naaldwijk - Maaslandsche Dam. 1907: Lijn Naaldwijk - Gaag (tot 100 meter vóór de Maaslansche Dam) in dienst. 1912 (15 juli): Traject Maaslandsche Dam - Maassluis gereed. Op 1 okt. traject Maaslandsche Dam - Schipluiden - Den Hoorn - Delft gereed. 1925: Toenemende concurrentie is er van de HTM autobussen. Op 5 juni werd het personenvervoer Maassluis - Delft opgeheven (behalve nog de donderdagse markttram). 1926: Oprichting van de N.V. Gemengd Bedrijf Haagsche Tramweg Maatschappij. 1928 (2 sept.): Opheffing badlijn Loosduinen - Kijkduin. 1931 (8 oktober): Opheffing markttram naar Delft. En op 2 oktober stopte het personenvervoer van Den Haag naar het Westland.
1932 (1 okt.): Overname van busmaatschappij VIOS door de WSM. 1946 (1 jan.): De WSM moet de lijn Den Haag - Loosduinen staken ten gunste van de HTM. 1926 (29 dec.): In café de Kroon in Den Haag werd de WSM nog als onmisbaar verklaard. 1967 (15 & 16 dec.): Rondrit van locomotieven met NS Blokkendozen. 1970 (1 feb.): Sluiting laatste traject: Den Hoorn - station Delft. Bronnen:
|
Midden-Delfland Nieuws |